Posterholt

De strijd om de verkiezing van Prins Carnaval is losgebarsten. Voor de voorbijgangers wordt ene Janse aangeraden, die doet “bami en krokette aan de kantj, want Jansse is in ’t landj”.
Op de rotonde staat eer ouderwetse richting aanwijzer van de ANWB, waarop je kunt zien, dat we vlak bij Duitsland zitten. Posterholt is een langgerekt dorp met aan de zijkanten wat nieuwbouw. Het witte gemeentehuis is duidelijk voormalig en zijn opvolger, een chinees restaurant heeft het ook al niet kunnen bolwerken. Op een pleintje staat een wat vergeten muziektent verstopt achter een grote zwerfkei. De kerk is in de oorlog door de Duitsers opgeblazen en opnieuw gebouwd uit zandstenen blokken. Twee heren op leeftijd nemen het plaatselijk nieuws samen door en onthullen, dat de carnavalvereniging “De Biemösjes” heet. Dat is een plaatselijk woord voor de welbekende koolmees. Er staat ook een beeldje van deze vogel op straathoek. Een vrouw, die onlangs een hersenbloeding kreeg probeert me uit te leggen waar kasteel Aarwinkel moet liggen. Praten kan ze niet meer goed, dus wordt het gebarentaal. De weg leidt langs een torentje met een klok afkomstig ter herinnering aan het klooster van de zusters Ursulen. Het kasteel is echter onbezocht gebleven.